Effe bijklessen

De hitte maakt  het niet makkelijk om enig schema aan te houden. Door de warmte herstelde ik minder snel dan ik gewend ben, waardoor ik trainingen moest laten schieten. Sinds de vorige keer (5 juli) heb ik  het volgende gedaan:

  • 6 juli - 14 km in wisseltempo 1:28:51 (2:19:22)
  • 8 juli - 10,6 km in wisseltempo 1:13:20 (2:36:06)
  • 9 juli - 5 km in wisseltempo 29:51 (2:24:57)
  • 11 juli - 6,1 km in 34:25 (2:14:21)
  • 13 juli - 14,3 km in wisseltempo 1:39:17 (2:32:08)
  • 15 juli - 19,7 km in wisseltempo 2:07:41 (2:17:39) [weg]
  • 16 juli - 5 km in in wisseltempo 31:27 (2:32:43)
  • 20 juli - 10,1 km in 1:00:00 (2:14:40) [weg]
  • 22 juli - 21,4 km in wisseltempo 2:20:44 (2:18:33)
  • 25 juli - 7,3 km in 40:00 (2:08:13)
  • (tijd tussen haakjes is theoretische halve marathontijd; tenzij anders vermeld, in het bos gelopen)

De vetgedrukte regels zijn tijden van afstanden die ik ononderbroken heb gelopen, als duurloop dus. Voor de berekening van de halve marathontijden heb ik de 7% verval regel gebruikt. Die houdt in dat je tempo 7% trager wordt als de afstand verdubbelt. Die regel bleek in het verleden vrij goed op mij van toepassing.

Wat mij duidelijk is dat de snelheid in 3 weken  niet is toegenomen, maar dat ik duidelijk in staat ben om de halve marathon afstand af te leggen. Dat zou niemand mogen verbazen, omdat ik nauwelijks op snelheid getraind heb, noch zal doen, omdat finishen op 3 oktober het doel is. Het ligt echter in de reden om van een tijd rond de 2 uur uit te gaan.

Klein dipje

Tja, na de super prestatie van afgelopen donderdag (die hitte en die afstand) was de zin in hardlopen even weg. Dan maar luisteren naar het lichaam en rust nemen. Toen ik vandaag een herstelloopje van 5 km deed, voelde ik dat de spieren nog wat slapjes waren, maar niet zo erg dat het effect had op mijn prestatie. De hitte van afgelopen week mag je voor Nederlandse begrippen ook wel uiterzonderlijk noemen.

Enfin, die 5 km werd, inclusief 5 wandelpauzes van 100 m afgelegd in 31:08 minuten. Kort en rustig. Zoals een herstelloopje moet zijn. De laatste 1500 m ging in 8:29 minuten, oftewel 5:39/km, terwijl het gemiddelde tempo onder het hardlopen 5:16/km was.

Twijfel slaat toe

Eek! Ben ik wel goed genoeg, heb ik alles gedaan wat ik kon doen? Da’s de typische twijfel die je kunt hebben als je sinds lange tijd geen wedstrijden meer gelopen hebt. De vraag “Kan ik het nog?” komt onwillekeurig bij je op. De verleiding is groot om er dan toch nog een schepje bovenop te doen, om uit te sluiten dat het mis gaat.

Dan is het tijd om de feiten op een rij te zetten en je plan te vergelijken met de stand van zaken.

Feit: ik weeg 2 kg minder dan een week geleden en ik wil minstens 7 kg afvallen voor 3 oktober a.s. (dus nog 5 kg). Feit: ik kan 18 km hardlopen (inclusief 20 minuten wandelpauze) in pakweg 2 uur (ik deed dat op 24 juni, dus een week geleden). Om te finishen moet ik die afstand uitbreiden naar 21,1 km en daar heb ik nog 13 weken voor.

Pfew! Ik dacht even dat ik weer iets onmogelijks probeerde.

Waar ik wel voor moet waken is meer doen dan ik me voorgenomen heb. Als me strikt aan het plan houd, moet een gefinishte halve op 3 oktober mogelijk zijn. Als ik in de verleiding kom om meer te doen, dan –weet ik uit ervaring– gaat het meestal mis.

Nee, het plan is gemaakt. Het horloge gaat niet om op 3 oktober, want op tijd lopen is niet het plan. Finishen binnen de limiet is.

Een limiet die ik overigens niet kan vinden op de website. De langzaamste recreant loper vorig jaar had 2:23 uur op zijn naam staan. Als dat waar is, komt het enkel neer op het voltooien van de afstand. En in dat geval is mijn trainingsaanpak ideaal.

Vanavond staat een duurloop met wandelpauzes op het programma. Dat wordt water meenemen, want koel zal het niet zijn. Dit is het plan:

  • 10 minuten inlopen (ca. 1500 m)
  • 10 keer 1600 m hardlopen op laag tempo, telkens gevolgd door 200 m wandelpauze
  • uitlopen naar behoefte

Ik verwacht dat er niet veel behoefte zal zijn om extra uit te lopen en dat het geheel ruim 2 uur in beslag zal nemen. Doe daar een kwartier bij en ik heb de afstand van de Bredase Singelloop afgelegd.

Dat komt dus wel goed op 3 oktober, zolang ik mijn hoofd koel kan houden.

Ingeschreven voor Bredase Singelloop

Ik heb me ingeschreven voor de Bredase Singelloop. Dat moet toch wel een behoorlijke stok achter de deur zijn. Twee ronden in de binnenstad van Breda zullen moeten resulteren in een halve marathon (21,1 km).

Parcours Halve Marathon Bredase Singelloop 2010.

👆 Parcours Halve Marathon Bredase Singelloop 2010.

Vanzelfsprekend dient hiervoor getraind worden. Daarom heb ik een schema van 12 weken opgezet dat me weer in conditie moet brengen. Het grootste probleem is eigenlijk lichaamsgewicht. Nu heb ik al enige tijd getraind, om te zien wat mijn lichaam zoal aan kan. Hier is het schema.

  • MA WO ZA: (herstel) 5 km—1500 m inlopen, 4x [400 m snel, 100 m wandel], 1500 m uitlopen
  • DI: (wisselduur kort) 13 km—10 minuten inlopen, 5x [400 m snel, 100 m wandel], 5x [1000 m gemiddeld, 200 m wandel], 5x [400 m snel, 100 m wandel], uitlopen tot eind
  • DO: (wisselduur lang) 20 km—10 minuten inlopen, 10x [1600 m langzaam, 200 m wandel], uitlopen tot het eind
  • ZO: (lange duurloop op tijd) zie onder—10 minuten inlopen, duurloop op vast tempo gedurende een bepaalde tijd, uitlopen tot eind

De duurlopen op tijd zijn als volgt gepland.

  • 2010-07-04: 0:40:00 circa 7 km
  • 2010-07-11: 0:55:00 circa 10 km
  • 2010-07-18: 1:25:00 circa 15 km
  • 2010-07-25: 0:40:00 circa 8 km
  • 2010-08-01: 0:55:00 circa 11 km
  • 2010-08-08: 1:25:00 circa 16 km
  • 2010-08-15: 1:00:00 circa 12 km
  • 2010-08-22: 1:15:00 circa 14,5 km
  • 2010-08-29: 1:30:00 circa 17,5 km
  • 2010-09-05: 1:00:00 circa 12,5 km
  • 2010-09-12: 1:15:00 circa 15 km
  • 2010-09-19: 1:30:00 circa 18 km

De trainingen vinden grotendeels plaats op bosgrond, met behulp van een Garmin Forerunner 305. Ik houd de gegevens bij op mijn Buckeye Outdoors trainingslog (niet openbaar) en doe op mijn blog verslag van de voortgang.

De ren-wandel training is om mijn benen te sparen. Zodra ik een halve marathon gelopen heb, kan ik overschakelen op de Methode Verheul.

De twee doelen tot 3 oktober zijn:

  1. minder dan 85 kg wegen
  2. halve marathon op 3 oktober 2010 uitlopen

Nu ik dit schrijf weeg ik 92 kg. Dit jaar heb ik nog geen wedstrijden gelopen en waarschijnlijk zal Breda mijn eerste wedstrijd zijn.

Blog ontdooit

Het is vast door de hoge temperaturen, maar mijn blog is ontdooit en ik ga weer stukjes schrijven. Voorlopig nog geen wedstrijden lopen, maar wel voorbereiding op het wedstrijdseizoen in het najaar.

cartoon

Stok Achter De Deur in de wacht

Alhoewel ik me niet zo moe voel als voorgaande jaren en (gelukkig) nog niet verkouden ben geweest (hoera voor vitamine D supplement), is het toch moeilijk om me op wedstrijden te concentreren. Het lukt me met moeite om buiten de clubtrainingen om op pad te gaan en het lichaamsgewicht interesseert me niets. Het is dus geen winterdepressie geworden, zoals voorgaande jaren, maar wel een wat passieve stemming. Dat sommige van mijn voorouders uit Spanje komen en ik hun genen heb meegekregen is me nu wel duidelijk, dank u.

Aangezien het me zoveel moeite kost om überhaupt te gaan hardlopen, laat staan een schema aanhouden, heb ik besloten om Stok Achter De Deur even voor gezien te houden. Zonder schema of wedstrijden valt er immers niet veel te vertellen. Vorige jaar begon ik pas eind maart weer wat te voelen op wat leek op zin, dus neem ik aan dat het in 2010 soortgelijk zal zijn.

Prettige Kerstdagen en een voorspoedig 2010.

Eerste 'wedstrijd' sinds blessure

Eind juli 2009 liep ik een ernstige kuitblessure op. Sinds die tijd ben ik bezig geweest om te herstellen van die blessure en om weer terug in conditie komen. Aangezien het redelijk goed gaat, durfde ik best aan een lokale trimloop over 10 km mee te doen. Om alle druk van me af te halen, zonder horloge. Puur op gevoel lopen dus.

Een tijdwaarneming had weinig zin gehad, want op aandringen van de plaatselijke hondenvereniging was het parcours aangepast. Het was nu zo bochtig en onverhard geworden, dat van een wegwedstrijd nauwelijks sprake was. Het was ook geen veldwedstrijd of bosloop, want stukken waren verhard (maar slecht onderhouden). Vleesch noch visch zou je kunnen stellen.

Toch hield ik oog op de wedstrijdklok, al liet ik me er niet door leiden. Het verschil in doorkomsttijd van elk van de vier ronden was constant net boven de 12 minuten en de eindtijd was iets tussen de 48 en 49 minuten. De laatste kilometer was zwaar, omdat ik uiteraard geen duurvermogen had (heb ik niet op getraind). Ik moest daarom in de laatste kilometer lossen van een groepje. Geen wonder, want zij hadden recente duurloopkilometers in de benen en ik niet.

Het plan was 50 minuten en anderhalve minuut daaronder is niet verkeerd. Echter, om in de marathon van Eindhoven van start te gaan, had ik mezelf een tijd onder de 45 minuten opgelegd. Zou ik daar onder zitten, zou ik een serieuze poging doen om in conditie te geraken, zoniet, dan ging het over. Het gaat dus over. Geen Eindhoven dit jaar. Zonder genoeg kracht in de benen zou ik de laatste 10 kilometer moeten wandelen/dribbelen (zoals in Rotterdam dit voorjaar). Ik wil niet koppig die spreekwoordelijke steen over het hoofd zien. Ik heb mijn lesje geleerd.

De volgende keer is een 10 km wedstrijd in Rotterdam. Dit keer wel geheel op een verharde weg (tenminste dat hoop ik) en in een grote ronde (ideaal!). Ook dan mag mijn horloge in de kleedkamer blijven liggen. Nog 5 weekjes trainen zodat ik die laatste kilometer zonder vermoeidheid door kan komen. Misschien de training ietsje aanpassen. Ik kan immers iets meer risico nemen, omdat de blessure over schijnt te zijn.

Nieuwe wedstrijden

Naar aanleiding van een schriftelijke uitnodiging die ik kreeg van de EUR-Roadrunners voor deelname aan de Erasmusronde, heb ik even gekeken welke wedstrijden ik ga lopen nadat mijn blessure “over” zou moeten zijn.

Aangezien de Erasmusronde op 31 oktober 2009 valt, moet ik die stelling dat ik pas vanaf 1 november wedstrijden ga lopen lichtjes wijzigen naar dat ik vanaf het weekend van 1 november weer wedstrijden ga lopen. Als een dag eerder zoveel verschil maakt, is er iets mis. Bovendien is het slechts 10 km, terwijl ik dan al iedere dag 7 km hardloop (en 7 km wandel). De afstand zou niet een probleem mogen vormen.

Om de lat iets hoger te leggen, ga ik op 15 november een 15 km lopen. Echter, niet in Nijmegen, zoals zoveel andere hardlopers, maar een thuiswedstrijd in Bergen op Zoom. Afgezien van de kosten is er een heel belangrijke belemmering voor de Zevenheuvelenloop, de drukte op het parcours. Ik heb slechts een keer meegedaan met die wedstrijd in een niet onverdienstelijke 1 uur 2 minuten en 48 seconden (netto). In 2001 vond ik het al zo druk. Nu is het zogezegd nog drukker.

We stellen Nijmegen nog maar een jaartje uit tot ik beter in mijn vel zit, qua trainings- en recente wedstrijdkilometers. Gelukkig besefte ik dat net op tijd voordat ik de bevestiging op inschrijven.nl aanklikte.

Aanvulling 25 september: Ik doe zondag 27 september mee aan een trimloop over 10 km (4 ronden) in Halsteren, de Melanenloop.

Andere weg inslaan

Toen ik begon met hardlopen als wedstrijdsport, deed ik net als anderen, kijken tot hoe ver ik kon gaan. Al snel kwam ik er achter dat dat niet zo ver was. Het snelst dat ik ooit op de 5 km was, was 15 seconden onder de 20 minuten. Ik zal nooit een topsporter worden.

De vraag is of dat zo erg is. Immers, topsporters leven in een glazen huis. Elke beweging die ze maken wordt op een goudweegschaaltje nauwkeurig afgemeten naar wat de norm is. Je krijgt de norm van rolmodel opgespeld en mag, als je het goed doet, eens per jaar je opwachting maken op een of ander sportgala. Je wordt niet beoordeeld als mens, maar als iemand die een hoger doel vertegenwoordigd. En natuurlijk zijn er altijd diegenen die daar als niet-sporter hun voordeel mee doen en proberen een graantje mee te pikken van de sterrenstatus van iemand die al het harde werk doet.

Nee, daar wil ik niet bij horen.

Breedtesport is het dus, sporten in de anonimiteit van de massa. De vraag is of het in die klasse wel zo nuttig is om jezelf te vergelijken met anderen. In de topsport is dat wel het geval, want een kleine tijdwinst, een paar seconden sneller kan je een behoorlijke verhoging in het startgeld opleveren, of meer uitnodigingen om deel te nemen aan grootschalige evenementen, uiteraard volledig betaald en met een premie om te verschijnen aan de startstreep. Voor de breedtesporter geldt dit alles niet.

Wat geldt dan wel voor de breedtesporter? Wel, net als de topsporter, wordt de breedtesporter verondersteld een zekere trainingsdiscipline te hebben, op de gezondheid te letten en het verstand te gebruiken, zodat je niet onnodig overtraind of geblesseerd raakt.

Wedstrijduitslagen, rangschikking in de finishlijst en het verbreken van persoonlijke records, nationale en internationale records horen daar allemaal niet bij. Wat, geen persoonlijke records? Nee. Behalve je directe kennisenkring en je gezin is niemand echt geïnteresseerd in of je een paar seconden sneller hebt gelopen. En eigenlijk zou je er zelf ook geen belangstelling voor hoeven te hebben. Je wilt je hardloopervaring niet reduceren tot een getal, een uitslag om anderen te laten zien hoe geweldig je prestatie was. Niet voor jezelf in elk geval.

Ik denk als je alleen voor de cijfertjes gaat leven, als je de beoordeling of een wedstrijd geslaagd was of niet laat afhangen van die ene tijdmeting op de eindmeet, je jezelf ernstig tekort doet. Misschien is het beter om af te zien van tijdmeting en terug te gaan naar waar het allemaal om begon, plezier beleven aan het hardlopen.

Dat behoort de kern te zijn van je beoefening van de hardloopsport, plezier beleven in wat je doet. Dat op zich maakt alle pijnen en pijntjes die je voelt onder het trainen goed. De wedstrijduitslag doet er niet zoveel toe, omdat wat je ervaarde onder het lopen veel belangrijker was. Het geeft zin aan je leven. Nee, jij bepaalt wat zin aan je leven geeft, door onder het hardlopen te beseffen wat je belangrijk vindt.

Geen stopwatch meer voor wedstrijden, want dat heeft voor de breedtesporter toch weinig zin. Niet meer uitzoeken wat jouw uitslag in de wedstrijd was, want dat beperkt je beleving van het evenement te veel. Wel genieten van het moment, om je heen kijken en voelen hoe geweldig het is dat je dit kunt doen.

Dat is de weg die ik wil inslaan.

Webloggen en hardlopen

Naar aanleiding van een hartekreet van Maurice van den Berge op zijn weblog en soortgelijke ervaringen van andere webloggende hardlopers en mijzelf, heb ik me een mening gevormd over het bijhouden van een weblog over je hardloophobby.

Als je productiviteitsguru’s als Merlin Mann mag geloven, zijn je hersenen en de denkprocessen die daarin plaatsvinden een kostbaar goed. Alles wat je kunt doen om je denkprocessen te ontlasten (door het elders onder te brengen) verhoogt je productiviteit. Waar zijn je hersenen goed in? Nieuwe dingen bedenken, wat gebeurd is beoordelen en omzetten in een strategie voor de toekomst, dat soort zaken. Waar zijn je hersenen slecht in? Dingen onthouden. Het is dus zaak om de dingen die je moet onthouden zo snel mogelijk elders onder te brengen, zodat je hersenen met dingen bezig kunnen zijn waar ze goed in zijn.

Maar er is meer. Waar we als mensen ook niet goed in zijn is het afstand nemen van zaken waar we erg mee betrokken zijn, om de zaken in het juiste perspectief te zien. Waarom is dat belangrijk? Wel, het gevaar bestaat dat we zaken uit zijn proporties gaan blazen. Zoals in het weblog artikel van Maurice. Hij maakt zich zorgen over 8 seconden op 44 minuten. Ik maak me meer zorgen over die 44 minuten. Hoe kun je die terugbrengen naar een tijd tegen de 40 minuten (liefst eronder)?

Het probleem van het meteen neerploppen van je gedachten in een weblogartikel is dat je er nog niet goed over nagedacht hebt. Je zet je vliedende gedachten om in onveranderlijke tekst; je beperkt je mogelijkheden om te groeien, om van een mislukking een uitdaging te maken. In plaats daarvan wentel je jezelf om in een klaagzang en hoopt op steun van anderen.

Denk even aan een kleuter in een zandbak wiens schepje is gebroken en om zijn pappie huilt. Verplaats je even in die rol. Je bent aan het huilen, maar was dat echt nodig? Je had ook verder kunnen spelen door met je handen graven.

Deze analogie geeft aan wat de zin is van het uitstellen van je oordeel. Betekent een gebroken schepje dat je moet huilen, zodat je door een van je ouders getroost kan worden? Of betekent het een uitdaging, die je nog niet onder woorden kunt brengen?

Mijn advies is om nog even te wachten na een teleurstelling voordat je gaat roepen om troost. Denk na wat dit betekent, schrijf je gedachten neer op stukjes papier die je aan niemand anders laat zien dan jezelf. Als je niks meer kunt bedenken, slaap er een nachtje over. Bekijk de stukjes papier opnieuw, orden ze naar belangrijkheid en gebruik dat om je weblog artikel te schrijven.

Zo sla je twee vliegen in een klap. Je hoeft niet al je overpeinzingen in je hoofd rond te laten malen en je kunt afstand nemen van wat gebeurd is. Bovendien is je artikel ineens ook veel beter leesbaar geworden. De klaagzang is er af en de geleerde ervaring kan gedeeld worden, zodat anderen ervan kunnen leren.

Ik zou zeggen, probeer het eens een paar keer.

Herstelprogramma

Ik heb voor mezelf een herstelprogramma opgesteld om weer in conditie te komen. Het gaat van 24 km naar 59 km per week in pakweg 3 maanden tijd. Als ik 60 km per week kan hardlopen, moet het mogelijk zijn om de basistraining voor de marathon weer op te pakken.

Hardlopen even van de baan

Ik heb dinsdag een ernstige kuitblessure opgelopen. Uit ervaring weet ik dat het ongeveer zes weken duurt om daarvan te herstellen. Het ziet ernaar uit dat ik de marathon in Eindhoven niet ga lopen, omdat een paar weken te kort is om genoeg conditie op te bouwen.

Ik zal ook verder niets meer schrijven op dit weblog tot ik weer hersteld ben. Wil je me volgen, dat kan dat via Twitter. Daar ben ik te vinden als Souplesse.

Bedankt voor het bijhouden van mijn vorderingen.

Halve Marathon Roosendaal 2009

Op 28 juni 2009 gingen om 17.30 uur zowel de 10 km als de halve marathon van Roosendaal van start. Ik deed mee aan de halve en het beloofde een zware strijd te worden tegen de warmte en de afstand. Ik had deze week niet bijzonder sterk getraind, maar dat had wel als voordeel dat ik uitgerust aan de start kon verschijnen.

Parcours Halve Marathon Roosendaal.

Ik had van tevoren een parcourskaartje gemaakt en deze op afstandmeten.nl gezet (zie parcourskaart).

Verder weet ik uit evaring dat de eerste en laatste vier kilometer van dit parcours zwaar zijn, omdat het door de warme binnenstad van Roosendaal gaat. Geen vlak asfalt en geen bomen om onder te schuilen, maar wel huizen en mensen die elk zuchtje wind tegenhouden, zodat je al snel oververhit raakt. Ik durf te beweren dat de 10 km hier zwaarder is dan de halve marathon, alleen al vanwege dat stuk van het parcours.

Ik had me voorgenomen om niet te hard van start te gaan, maar op de een of andere manier lukte dat niet. Uiteraard zou ik dat later moeten bekopen met trage tempo’s op de kilometers. De eerste 4 kilometers gingen in respectievelijk 4:45, 4:56, 4:42 en 4:58, terwijl 5:00 per km het doel was.

Omdat het 5 km punt vlak bij een waterpost was, miste ik die, maar de tijd die verliep tussen km 4 en 6 zei mij genoeg, 10:26. Dit zou niet makkelijk worden. En inderdaad tot de 10 km ging het moeizaam vanwege de warmte: 5:17, 5:24, 5:12 en 5:21.

Bij het 11 km punt kwam een keerpunt. De kracht kwam terug en ik kon vaart maken. Het was echter van korte duur, omdat de warmte echt geen snelle tijd toeliet: 5:06, 5:02, 5:16, 5:28 en 4:55 (klein spurtje bij km 15).

Uiteraard miste ik het km punt bij de waterpost en de 10:55 die ik deed over de 2 km tot het 17 km punt zei mij dat het nu volhouden was tot het bittere eind, vooral met de warme binnenstad in het vooruitzicht. Ik probeerde het tempo zo goed als ik kon vast te houden (5:31, 5:17). Tussen km 19 en het punt waar het nog een kilometer was (zeg maar km 20,1) was het zwaar lopen, 5:59 en de laatste km ging niet erg snel 5:26.

Ik zat netto onder de 1:50 uur (zo’n 6 s volgens mijn klokje) en een snellere tijd zat er niet in. Ik heb nog een aantal clubgenoten gesproken achteraf en niemand had echt goed gelopen (qua tijd). Gezien hun tijden had ik het nog niet eens zo heel slecht gedaan. Mijn doel was 1:47 uur en daar zat ik nog geen 3 minuten boven.

Vooraf heb ik een aantal foto’s gemaakt die ik graag met jullie wil delen. Het zijn behalve mijzelf een aantal mensen van mijn loopgroep bij Spado die ik toevallig op het NS station in Bergen op Zoom tegenkwam (we zijn samen naar Roosendaal afgereisd en naar het wedstrijdsecretariaat gegaan om onze spulen af te  halen).

Het was een zware wedstrijd, maar omdat het publiek in groten getale kwam opdagen en ik vele bekenden zag onder de hardlopers, was wel heel gezellig. Als ik even afzie van de tijd was het een zeer geslaagde wedstrijd. Ik hoop volgende jaar weer present te zijn bij de 27e editie van de Halve Marathon van Roosendaal.

Missie mislukt, geen verrassing daar

Tja, ik had het kunnen weten. Op de winderige Boulevard van Vlissingen zijn snelle tijden niet echt mogelijk. Verder was er de eerste kilometer geen doorkomen aan, zo druk was het. Na het passeren van vele mensen en met inachtneming van hun persoonlijke ruimte (eenieder had immers 5 euro inschrijfgeld betaald), kon ik eindelijk los lopen. Bij het ronden van Admiraal de Ruijter ging het over de Boulevard tegen de wind in terug richting Hotel Arion, door de start heen (wat later ook de finish zou worden).

Er stond niks aangegeven, geen kilometeraanduiding, dus was het onduidelijk hoe hard je liep of hoever er nog te gaan was. Van evenredig verdelen van je krachten kon ook geen sprake zijn. Het was ook niet dat je het parcours van te voren had kunnen bestuderen, want het was (vanwege de plotselinge drukte) drastisch gewijzigd. Het beste wat je kon doen was rammen en maar zien tot hoever je het kon volhouden. Bij het omhoog gaan van de President Roosenveltlaan was bij mij de kracht er wel zo’n beetje uit. Ik moest de mensen voor me laten gaan en werd door diverse mensen ingehaald. Ik weet zeker dat ik hier flink wat seconden heb laten liggen.

Het laatste stuk op de Boulevard Everts en de finish op Boulevard Bankert was niet meer dan proberen bij te blijven bij een van mijn voorgangers. Een eindspurt zat er niet meer in. Bij het passeren van de eindmeet zat ik er ook compleet doorheen. Een snellere tijd dan 47:19 netto zat er vandaag gewoon niet in.

Nee, ga je voor een snelle tijd op een vlak en beschut parcours, dan heb je hier niets te zoeken.

Wat betekent dat voor aanstaande zondag in Roosendaal (halve marathon)? Wel, dat ik wel moet uitgaan van een 10 km tijd van 47 minuten. Een tijd van 1 uur 47 minuten is dan realistisch, oftewel 5:03/km. Gelukkig zijn daar de kilometers wel aangegeven, zodat ik ongeveer 5 minuten per kilometer kan aanhouden.

Ach, die snellere tijden komen wel na de vakantie.

Nu maar zo snel mogelijk deze desolutie proberen te vergeten. Ik had beter op mezelf kunnen gaan lopen, waarbij ik waarschijnlijk een veel snellere tijd had neergezet. Had kunnen is niet gebeurd. Balen.

Morgen PZC Familieloop

Morgenochtend gaat om 11.00 uur de tweede PZC Familieloop van start. De tien km en halve marathonlopers gaan gezamenlijk van start, een kwartier later gevolgd door de 3 km lopers. Door de verwachte drukte (meer dan 700 deelnemers aan alle drie de nummers bij elkaar) is het parkoers aangepast en iedereen is gevraagd om zo vroeg mogelijk het startnummer af te halen. Ik was bang dat er geen plek zou zijn om je spullen acher te laten, maar die is er gelukkig wel. Douches behoren echter niet tot de luxe achteraf.

Aangezien het niet gelukt is om verder gewicht te verliezen (ik verwacht morgen omstreeks de 84 kg te wegen, dus een kilo meer dan afgelopen maandag), is een tijd van onder de 45 minuten niet erg waarschijnlijk. De grote drukte bij de start maakt het ook zeer onwaarschijnlijk. Een tijd onder de 46 minuten behoort wel tot de mogelijkheden. Ik neem het maar zoals het komt.

Ik had er nog over nagedacht om vandaag de training van afgelopen woensdag in te halen, maar dat zou een goede tijd in Zeeland helemaal op losse schroeven zetten. Het is zaak om morgen en volgende week zondag heel te blijven en te finishen in een comfortabele tijd. In de maand juli komt de verdieping in de training, met hopelijk in augustus een 10 km tijd onder de 42 minuten. Vanwege dat moet ik vooral aan de lange termijn denken. Met een tijd van 42 minuten op de 10 km is een tijd van ruim onder de 4 uur op de marathon mogelijk.

Verbeterd trainingsplan

Had ik anderhalve week geleden nog een strak plan om afgelopen zondag de 10 km in 44 minuten te lopen, moet ik nu toegeven dat die missie niet geslaagd is. Daar kunnen we kort over zijn.

Echter, mijn gewicht is nu 85,5 kg, met nog drie weken te gaan voor de halve marathon in Roosendaal. Tijd genoeg dus om de plannen te herzien. Die 80 kg op 28 juni is haalbaar, al zal ik zeer op mijn dieet moeten letten (vooral de maaltijden klein houden, niet zo volumineus als voorheen). Of 1:35 uur haalbaar is, zal moeten blijken tijdens de PZC Familieloop, die ik acht dagen eerder wil lopen. Voor een 1:35 uur op de halve marathon heb ik een sub-42 minuten op de 10 km nodig. Dat lijkt niet erg aannemelijk, maar ik sluit niets uit. In theorie zou 7 kg eraf 7 minuten sneller zijn, maar dat geldt alleen voor geleidelijk afvallen, niet voor het tempo waarin ik wil afvallen. Drie minuten lijkt me aannemelijker, dus 44 minuten op de 10 km. Dat zou een halve marathon in 1:40 uur inhouden.

Het gevaar bestaat dat ik overtraind raak. Daarom zal ik me ook strikt aan het trainingsplan moeten houden en niet meer moeten doen. Van de andere kant, een training verzetten van een dag voor een wedstrijd naar een dag na een wedstrijd lijkt mij niet meer dan verstandig als je een goed resultaat op die wedstrijd wilt neerzetten. Hier is het trainingschema tot 28 juni.

Ik zal dit bericht regelmatig wijzigen, zodat het beter past bij de situatie op dat moment. Verder zal ik ook aangeven of mijn tussentijds doel is gehaald. Een ✔ geeft aan dat het doel gehaald is en een ❌ geeft aan dat het doel niet gehaald is (resultaat tussen haakjes).

  • 6 juni - 10 km wedstrijd 47:10 (netto), 87 kg ✔
  • 7 juni - 6 Verheul 1000tjes in 4:50 - 5:05 ✔
  • 9 juni - 10 Verheul 400tjes in 1:47 - 1:53 ✔
  • 10 juni - 6 Verheul 1000tjes in 4:50 - 5:05 ✔
  • 11 juni - 10 Verheul 400tjes in 1:47 - 1:53 ✔
  • 12 juni - 6 Verheul 1000tjes in 4:50 - 5:05 ✔
  • 13 juni - 83 kg ❌ (84,3 kg)
  • 14 juni - 2+ uur loop in matig tempo ✔ (22 km in 2:01:49)
  • 16 juni - sprint/krachttraining ✔
  • 17 juni - 6 Verheul 1000tjes in 4:50 - 5:05 ❌ (niet getraind)
  • 18 juni - 10 Verheul 400tjes in 1:47 - 1:53 ✔
  • 20 juni - 82 kg ❌ (84 kg)
  • 20 juni - PZC Familieloop 10 km in 45 minuten ❌ (47:19 netto)
  • 21 juni - 6 Verheul 1000tjes in 4:50 - 5:05
  • 23 juni - 10 Verheul 400tjes in 1:47 - 1:53
  • 24 juni - 6 Verheul 1000tjes in 4:50 - 5:05
  • 25 juni - 10 Verheul 400tjes in 1:47 - 1:53
  • 26 juni - 6 Verheul 1000tjes in 4:50 - 5:05
  • 28 juni - 82 kg
  • 28 juni - Roosendaal ½ mar in 1:47

Is er leven na de halve marathon? Jazeker, maar in de maand juli wil ik geen seizoensbeste tijden neerzetten, zodat mijn lichaam een beetje kan herstellen van het “geweld” dat ik in de komende weken mijn lichaam ga aandoen. Het plan is om dan wedstrijdloos te trainen en pas in augustus te gaan uitkijken naar eventuele wedstrijden. Als ik in juli mijn gewicht stabiel op 80 kg kan houden (of, als dat nodig is omdat ik het gewichtsdoel niet gehaald heb voor de 28ste, terugbrengen naar 80 kg), ben ik een tevreden mens. Daarna heb ik tijd om nog een paar kilootjes te verliezen voor de marathon van Eindhoven op 11 oktober.

Uiteraard zal ik dit plan aanpassen aan  hoe de zaken zich ontwikkelen. Ik wil geen slaaf van een schema worden.

Rondje Rijen 2009

Had ik vorig jaar op deze wedstrijd nog 48:30, deze keer had ik een tijd die ruim een minuut sneller was (47:16). De loopomstandigheden waren voor mij ideaal. Nauwelijks wind, halfbewolkt, droog en koeler dan 18 graden. Sommigen (lichtere atleten) hadden echter wel last van de wind.

Het ideaal was 44 minuten, maar aangezien ik niet 84 kg woog, maar 87 kg, was een tijd van 48 minuten realistischer. Dat was dus de richttijd en het tempo per km (4:48 per km). Hier zijn de tempo’s:

  • 4:49, 4:35, 4:44, 4:37, 4:43 (23:29 per 5 km)
  • 4:49, 4:44, 4:50, 4:51, 4:28 (23:42 per 5 km)
  • nettotijd: 47:10
  • gemiddeld tempo 4:43 ± 0:08 per km

Ik mag nu mijn trainingstempo’s bijstellen op 47 minuten op de 10 km.

Verder is het ook van buitengewoon belang dat ik mijn lichaamsgewicht prioriteit ga geven, als ik in Roosendaal (halve marathon) een tijd onder de 1:40 wil lopen.

Hier is nog een fotomontage van de start van de 5 km wedstrijd om 18.15 uur. Een beetje oubollig wellicht, maar mijn vaardigheden met iMovie ‘09 zijn nog niet zo goed ontwikkeld.

Zie hier voor het filmpje.

Nieuw plan

Okee, ik ben weer aan het afvallen. Het was even puzzelen met het dieet (in de zomer verbrand je minder calorieën dan in de winter), maar ik denk dat ik het nu door heb.

Qua gewicht heb ik het volgende plan (ik weeg nu 86 kg, doe pakweg 48 minuten over een 10 km wedstrijd):

  • 6 juni (Rondje Rijen), 84 kg - 44 minuten op 10 km (net als vorig jaar tijdens de Wantijparkloop)
  • 28 juni (Halve van Roosendaal), 80 kg - 1u35 op halve marathon (2 minuten sneller op een 10 km)
  • 29 augustus (Bels Lijntje), 75 kg - 40 minuten op 10 km
  • 11 oktober (Marathon Eindhoven), 70 kg - 3u15 op de marathon (2 minuten sneller op een 10 km)

Het is een strak plan, maar dat is blijkbaar hoe ik in elkaar zit. Conditioneel en theoretisch zou een 3 uur in Eindhoven mogelijk zijn, ware het niet dat ik start in het 4:00 - 4:30 uur vak. Ik heb gewoon eerlijk mijn tijd van Rotterdam opgegeven bij het inschrijven.

Als ik in de training een 10 km binnen de 38 minuten kan lopen en ik alles mee heb die dag, wie weet wat er dan kan gebeuren. Eén ding weet ik zeker (bij leven en welzijn). Als ik onder de 3 uur loop, krijg ik een zoen op mijn wang van een zeker iemand. Ik hoop alleen wel dat hij zich voor de gelegenheid scheert.

Groetjes!

Zaterdagmiddagloopje

Net na twaalven (op het heetste moment van de dag) vertrok ik voor mijn lange duurloop in voorbereiding op de marathon van Eindhoven. De bedoeling was om meer dan twee uur hard te lopen, of meer dan 24 km (als dat mogelijk zou zijn).

Bepakt en bezakt om te gaan rennen.

Ik had me helemaal opgetuigd, hartslagmeter, footpod, sporthorloge, fotocamera en iPod Nano met podcasts. De routekaart staat hieronder afgebeeld. Volgens afstandmeten.nl was de afstand 21,3 km.

Parcours van de loop.

Zie ook de route op afstandmeten.nl.

Hier zijn een aantal foto’s die ik onderweg genomen heb.

Sommigen van jullie zullen wellicht meer geïnteresseerd zijn in de gegevens die mijn sporthorloge geregistreerd heeft. Wel de afstand komt goed overeen, 21,39 km (90 meter meer dan de kaart, dus da’s praktisch hetzelfde).

  • Afstand: 21,3 km
  • Tijd: 2:00:33
  • Gemiddelde HS: 155
  • Maximum HS: 164
  • Calorieën: 1290 kcal
  • Gemiddeld tempo 05:38 min/km
  • Maximum tempo: 4:49 min/km
  • 01.0 km: 6:18 min, 141 bpm
  • 02.0 km: 5:56 min, 151 bpm
  • 03.0 km: 5:47 min, 151 bpm
  • 04.0 km: 5:42 min, 152 bpm
  • 05.0 km: 5:49 min, 154 bpm
  • 5 km: 29:32/5 km
  • 06.0 km: 5:39 min, 155 bpm
  • 07.0 km: 5:30 min, 154 bpm
  • 08.0 km: 5:35 min, 154 bpm
  • 09.0 km: 5:22 min, 156 bpm
  • 10.0 km: 5:23 min, 156 bpm
  • 10 km: 27:29/5 km
  • 11.0 km: 5:49 min, 155 bpm
  • 12.0 km: 5:23 min, 158 bpm
  • 13.0 km: 5:42 min, 157 bpm
  • 14.0 km: 5:30 min, 157 bpm
  • 15.0 km: 5:34 min, 156 bpm
  • 15 km: 27:58/5 km
  • 16.0 km: 5:26 min, 158 bpm
  • 17.0 km: 5:40 min, 158 bpm
  • 18.0 km: 5:36 min, 158 bpm
  • 19.0 km: 5:29 min, 160 bpm
  • 20.0 km: 5:32 min, 162 bpm
  • 20 km: 27:43/5 km
  • 21.0 km: 5:29 min, 161 bpm
  • 21.4 km: 2:22 min, 161 bpm

Tussen kilometers 19 en 20 liep ik onbeschut in de zon, terwijl mijn voeten niet bepaald aangenaam voelden (blaren). Ik begon langzaam uit te drogen. Nu heb ik dat stuk al vaker gelopen en het is en blijf een rotstuk om hard te lopen. Je gaat vals plat omhoog en komt hardrijdende auto’s tegemoet. Doordeweeks moet je hier helemaal niet komen, omdat je door het vrachtverkeer (sluiproute?) van de weg gedrukt wordt.

Bij 21,3 km was er een stoplicht, waarvoor ik moest stoppen. Ik heb besloten om daar het stopknopje in te drukken en de pakweg 2 km die mij nog restte wandelend af te leggen. Dat was ook iets aangenamer voor de voeten.

Het mag niet veel lijken, maar in pakweg dezelfde tijd liep ik drie weken geleden 1 km korter. Er is dus wel degelijk vooruitgang. De weersomstandigheden waren trouwens toen beter (minder warm).

De klad erin

Het hele leven is keuzes maken, sommige dingen doen, andere dingen nalaten. Misschien ook wel over je keuzes beperken, want voor de meesten van ons zijn er meer mogelijkheden dan we in een leven kunnen waar maken. Dus: concentreren op bepaalde onderwerpen en daarin keuzes maken.

Wat nu als je er een bezigheid bij genomen hebt, die veel meer van je tijd opeist dan hardlopen? En als het iets is waar je meer plezier in hebt dan hardlopen? Wel, dat betekent wederom keuzes maken. Een nieuwe balans zoeken, want er zitten maar 16 uren in een dag, als je 8 uur doorbrengt met slapen (ik heb geprobeerd om dat te verminderen, maar dat gaat echt niet!).

Ik ben nu in zo’n overgangsperiode. Ik hou nog steeds van hardlopen, maar het is niet meer mijn belangrijkste hobby. Het probleem is dat ik probeer om excuses te zoeken om niet hard te lopen, zodat ik kan tekenen. Dat is natuurlijk niet goed, want ook voor tekenen  heb je een goede lichamelijke conditie nodig.

Dat geschreven hebbende, ga ik straks een eindje hardlopen. Eens kijken waar ik deze keer moet stoppen vanwege pijntjes.

De klad staat erin, maar ik geef nog niet op.

Mijn nieuwe hardloopschoenen

Na al die pijn aan mijn voeten heb ik de stoute schoenen aangetrokken en nieuwe schoenen gekocht. Nadat ik van alles had geprobeerd, kwam ik uit op de asic GT-2140. Het waren de enige schoenen die niet meteen knelden bij het aantrekken en bovendien ook nog eens lekker afrolden. Nu had ik een slechte ervaring met het merk asics, omdat ik in het verleden slechts in twee maanden het binnenwerk compleet aan gort gelopen had en na vier maanden de gehele schoen (totaal geen steunfunctie meer over, volgens de schoenverkoper).

Potloodtekening hardloopschoenen.

👆 Mijn nieuwe hardloopschoenen

De verkoopster drukte mij op het hart om vooral terug te komen als ik wat voor problemen dan ook had tijdens het hardlopen, zodat ze kon kijken of het eventueel aan de schoenen lag. En als de schoenen weer na twee maanden versleten waren, zou ze daar een oplossing voor zoeken, want dat is niet normaal.

“Inlopen tijdens een korte, langzame duurloop,” was het advies. Ik kan in elk geval het paar dat tot nu toe het “oude paar” was bombaderen tot afval, en mijn voormalige “nieuwe paar” degraderen tot het “oude paar”.

Iets om te verbeteren

Oorkonde Rotterdam Marathon 2009

Nationale Lenteloop 2009

Op zaterdag 9 mei 2009 klonk om 12.00 uur het startschot van de Nationale Lenteloop, een wegwedstrijd over 15 km rondom Papendrecht. Als geboren Zeeuw kan mij het aanzicht van water zeer boeien en deze loop doet ook denken aan de vele loopjes die je in de zomer in Zeeland (Zoutelande, Domborg, Vlissingen, etc.) kunt lopen. Het zonnetje en de aangename temperatuur maakte dit beeld voor mij compleet.

Zoals ik gisteren al schreef, was het plan om langzaam van start te gaan en na 5 km het tempo telkens iets op te voeren. Nu was dat niet zo moeilijk, want de eerste 3 km was het echt moeilijk om los te lopen of om veel snelheid te maken. Als je hier een snelle tijd wilt neerzetten (zeg maar onder het uur), moet je echt vooraan starten. De nettotijd op de eerste 5 km was 26:19. Ietsjes sneller dan de 26:40 die ik op het oog had, maar niet te gek.

Toen we bij de marathonklok van het 5 km punt langs het water liepen, was het telkens aansluiten bij een groepje, inhalen als de wind ging liggen (er stond een beetje tegenwind) en proberen de benen heel te houden. Het ging ook allemaal op en neer (krachttraining!). Niet zo gek dat het extreem veel kracht kostte, maar wel dat het invloed had op het looptempo. Om te compenseren ging ik bij een vals plat naar beneden telkens wat sneller lopen en probeerde ik bij vals plat omhoog het tempo vast te houden. Te horen aan het gehijg om me heen en de rustige ademhaling van mezelf was het tempo zeer goed vol te houden. De tweede 5 km ging in 25:13, ruim een minuut sneller dan de eerste 5 km. Het voelde aan als het tempo dat ik 15 km had kunnen volhouden.

Bij het 10 km punt was het wel zo’n beetje gedaan met langs het water “flanneren” en begon het serieuze gedeelte van de wedstrijd. Het tempo ging nu liggen boven wat ik zou willen omschreven als “een lekker tempo”. Ik voelde de adrenaline door mijn aderen te stromen. Dat moest ook wel, want mijn schoenen (die eigenlijk een halve maat te klein zijn) begonnen al aardig zeer te doen, ondanks het verbandmateriaal dat ik aan mijn voeten gespendeerd had (met dank aan Compeed). Het tempo lag onder de 5 minuten per km (boven 12 km per uur) en de stemming onder de lopers was uitmuntend. De laatste kilometer werd in slechts 4 minuten en 40 seconden afgelegd, niet om andere lopers af te drogen op de eindmeet, maar gewoon omdat ik er zo’n zin in had. De laatste 5 km ging in 24:21.

Mijn zelfgeklokte eindtijd van 1:15:52 (5:03/km, 11,86 km/u) was niet bijzonder. Het was zelfs vergelijkbaar met de eindtijd in Bergen op Zoom (10 km in 48:31). Waar ik wel heel trots op was, was de laatste 5 km in een onaangenaam hoog looptempo. Het betekent dat mijn training vruchten begint af te werpen. Helaas mag ik nog niet sneller trainen (trainingstijden zijn gebaseerd op recente uitslagen), maar als het zo doorgaat, kan ik in Eindhoven al gaan denken aan een tijd onder de 3.30 uur. Dan moet ik op de 15 km wel met twee vingers in de neus onder de 1.08 uur kunnen lopen.

Eenmaal thuis gekomen en mijn avondmaal genuttigd hebbend, heb ik ruim drie uur aan een stuk geslapen, omdat ik best moe was van alle inspanning. Rasheed (mijn Bengaalse kat) vond het best, want dan kon hij eens goed van het baasje gebruik maken om een lekker slaapplekje te hebben.

Nadat ik stijf van het in één houding liggen wakker werd, heb ik nog snel even op mijn Twitter een berichtje gezet en het wedstrijdverslag van Hans van Klaveren gelezen (die een zeer geslaagde testloop had gedaan in de Nationale Lenteloop), waarna ik dit berichtje geschreven heb.

Wat ik daarna gedaan heb? Wel, dat ligt in de toekomst en die is gevuld met tal van mogelijkheden en kansen.

Ik zou zeggen, maak er wat van!

Morgen Nationale Lenteloop in Papendrecht

Morgen zal om 12.00 uur op de atletiekbaan van AV Passaat het startschot klinken van de Nationale Lenteloop 2009. Het plan is om de tijd van vorig jaar te verbeteren, sneller te lopen dan 1:19:56.

Parcours Nationale Lenteloop 2009.

👆 Parcours Nationale Lenteloop 2009.

Zoals je aan het parcourskaartje (zie ook afstandmeten.nl) kunt zien is het een lange ronde van 15 km, die begint en eindigt op de atletiekbaan. De kunst is om zo gelijkmatig te lopen, want dit parcours nodigt uit om te hard van start te gaan (kick van de atletiekbaan). Het plan is dan ook om te starten op een eindtijd van 1 uur 20 minuten (5:20/km) en bij 5 km (26:40) het tempo langzaam op te voeren.

De training verliep deze week niet geheel volgens plan. Ik ben nog niet in staat om vier trainingsessies te voltooien. Twee van de mensen in mijn loopgroep hebben een soortgelijk probleem. Een kampt met chronische vermoeidheid en kan zijn oude tempo’s niet halen; de ander heeft te zwaar getraind en iets in zijn enkel verrekt.

Dat laatste is ook de reden dat ik apart train van de groep. De trainer geeft schema’s op die volgens mij op den duur tot blessures leiden als je ze tot op de letter uitvoert. Het is meer dan je aan kunt, en je moet zelf beslissen of je alles doet wat op het schema staat. Mijn insteek is om het zo te doen dat je het gemakkelijk aan kunt (rustig aan trainen). Het nadeel is wellicht dat je minder snel vooruit gaat. Het voordeel is dat je minder snel geblesseerd raakt en dus op den duur beter presteert dan iemand die om de haverklap een blessure oploopt.

Van de andere kant, dinsdag liep ik een rare training (6x 100 m, 3x 200 m en 1x 400 m maximaal tempo). Dat verhoudt zich in het geheel niet tot wat ik eerder schreef. Ik zeg maar tegen mezelf dat het een nuttige krachttraining is, die ik voorlopig elke twee weken wil blijven doen.

Met het gewicht wil het maar niet lukken. Ik had hetzelfde probleem vorig jaar rond deze tijd. Toen woog ik echter 4 kg zwaarder (90 kg en nu 86 kg). Het plan was om 84 kg te wegen, maar op de een of andere manier wil dat nog niet lukken. Ongetwijfeld zou het beter lukken als ik met gemak vier traniningen en een intensieve duurloop per week kon lopen. Aangezien dat (nog) niet gaat, schik ik me maar in hoe de zaken gaan. Ik ga niets forceren.

Zo, nu ben je weer helemaal bij.

Training een paar tikjes te snel

Tja, als je een goede wedstrijd gelopen hebt, is je stemming zeer positief en wil je wel eens iets te entousiast zijn tijdens de eerst volgende training. Het gevolg kan zijn dat je de volgende dag een nogal moe gevoel in je lichaam hebt.

Zo, dat moest er even uit.

Het ging gisteravond dus veelste snel. 400tjes in tijden tussen de 1.46 en 1.48 minuten (een uitschieter naar 1.50), terwijl 1.50 - 1.56 minuten de bedoeling was. Nu maakt een enkele training niet zoveel uit en ik verwacht snel in mijn oude ritme te zitten. Dat mag ook wel, want aanstaande zondag wil ik een goede tijd neerzetten op een testloop in het bos. Het doel is 50 minuten.

Nu lijkt dat een langzamere tijd dan 48.31 minuten, maar vergeet niet dat het in het bos is, waar het minder makkelijk lopen is dan op de weg.

Vandaag wordt nog een training gelopen van 10x 400 m (deze keer wel in 1.53 minuten per 400 m), net als donderdag. Daarna volgen een paar dagen van rust en zondag een intensieve duurloop van 10 km.

Dat is zo’n beetje het plan qua hardlopen deze week. Niet spectaculeur en dat hoeft ook niet. Gewoon langzaam toewerken naar een betere conditie.

En mijn lichaamsgewicht? Dat wil niet erg lukken op dit moment. Het blijft maar rond de 86 kg hangen. We blijven proberen om gewichtsvermindering te stimuleren, maar forceren is nooit goed.

Nu alleen beter op die trainingstijden letten.